Als Beate, Helly en Maria Oestreicher een week na de val van de Muur hun tante en pleegmoeder Lisbeth Oestreicher in kleine kring begraven, weten ze nog niet dat er in haar nalatenschap een map met brieven van hun vader zit. Daar komen ze pas achter wanneer ze het huis in Amersfoort opruimen en leeg maken. Tussen 1948 en 1954 heeft het drietal in dit huis gewoond. Met gymnasium-B diploma op zak verhuizen ze in de daaropvolgende twee jaren naar Amsterdam en Utrecht. Maria studeert sociale pyschologie aan de pas opgerichte zevende faculteit van de UvA, Helly wordt op de afdeling keramiek van de Kunstnijverheidsschool toegelaten en Beate studeert biochemie in Utrecht. Verbaasd en verwondert bladert het drietal door de losse vellen in de map. Ze herkennen hun namen die in elke brief regelmatig voorkomen. Al snel hebben ze door dat deze brieven hoofdzakelijk over hen gaan. Ze verbazen zich over hun vader. Dit hadden ze niet verwacht. Ze wisten dat hij schreef. Het oorlogsdagboek dat hij in Westerbork en Bergen-Belsen bijhield, heeft hij vlak voor zijn dood aan Beate overhandigd die het op haar beurt aan Maria overhandigt want zij is degene die alles leest wat los en vast zit.
Maria ontfermt zich over de map en neemt hem mee naar huis. In totaal zitten er 196 vellen in de map, waarvan 168 zogenaamde Drillingsberichte zijn. Felix Oestreicher (1894-1945) schrijft op 19 april 1937 zijn eerste brief.
In 3-lingnieuws zijn 74 brieven opgenomen die door Elbert Besaris zijn vertaald. Het voorwoord schreef Helly Oestreicher en Martien Frijns schreef het nawoord. Het boek bevat veel onbekende familiefoto's van Maria Austria.
Het boek is in december 2023 verschenen.
Brief van 2 maart 1941